Statistieken over impotentie

Onbetrouwbare statistieken

Cijfers met betrekking tot de verspreiding van impotentie zijn met voorzichtigheid te betrachten. Ze geven geen eenduidig beeld. Deels ligt dit aan het feit dat er verschillende definities van het begrip impotentie worden gebruikt bij onderzoek. Veel zwaarder weegt echter hoogstwaarschijnlijk het taboe wat rust op het onderwerp. Veel mannen die lijden onder een erectiele disfunctie schamen zich en spreken niet openlijk over hun probleem. Omdat de cijfers en statistieken niet helemaal betrouwbaar zijn, dient de volgende informatie daarom vooral ter oriëntatie.

Miljoenen mannen lijden an impotentie

Meer dan de helft van de mannen tussen de 40 en 70 jaar heeft te maken met erectieproblemen.

1 op de 10 mannen lijdt aan erectiele disfunctie: dit houdt in dat miljoenen mannen hiermee te maken hebben. Onderzoek van C.H. Johannes en andere wetenschappers (2000) wees uit dat alleen al in de Verenigde Staten in de groep van blanke mannen tussen de 40 en 69 jaar oud, jaarlijks 617.000 nieuwe gevallen van erectiele disfunctie worden gemeld.

Samenhangende factoren bij potentieproblemen

De prevalentie van erectiele disfunctie neemt toe met de leeftijd. Onderzoek toont aan dat vermindering van de mate en duur van de erectie bij het normale fysiologische verouderingsproces hoort, vergelijkbaar met het afnemen van andere fysieke prestaties. Het “Massachusetts Male Aging onderzoek” bevestigt dit: 5% van de 40-jarige mannen heeft te maken met potentieproblemen – onder de 70-jarigen is dit 3 maal zoveel! Nederlands onderzoek wijst uit dat 14% van de 41- tot 50-jarigen met erectiestoornissen te maken heeft, oplopend tot 42% onder de 71- tot 80-jarigen. Een mogelijke verklaring voor het toenemen van erectiele disfunctie bij het ouder worden is dat het lichaam minder stoffen aanmaakt die voor de potentie belangrijk zijn. Worden deze stoffen vervolgens ook niet extern toegevoerd (bijvoorbeeld via voedingssupplementen die de aminozuren arginine en ornithine bevatten), bestaat het risico dat een tekort tot potentieproblemen leidt.

Wetenschappelijk onderzoek heeft uitgewezen dat verschillende ziektes en aandoeningen samenhangen met erectiele disfunctie. Denk hierbij aan diabetes, hoge bloeddruk en hart- en vaatziekten. Daarnaast hebben veel medicijnen erectiestoornissen als bijwerking.

Inwoners van welvarende westerse landen lijken vaker te maken te hebben met potentiestoornissen dan inwoners uit armere landen. Mogelijk heeft dit te maken met het feit dat veel geneesmiddelen (met potentiestoornissen als bijwerking) niet overal even grootschalig beschikbaar zijn. Ook het gebruik van alcohol en tabak speelt een rol. Verschillende onderzoeken tonen het verband tussen de overmatige consumptie van alcohol en roken en impotentie aan.

De oorzaken voor erectie- en potentiestoornissen is in de meeste gevallen fysiek/lichamelijk gerelateerd. Toch hangt impotentie in één op de drie a vier gevallen samen met psychische zaken.