Voeding en impotentie

Voedingsstoffen om de potentie mee te verhogen

Tegenwoordig grijpt men snel naar PDE-5-remmers wanneer er sprake is van een erectiele disfunctie. Hoewel deze doorgaans effectief zijn en op de korte termijn positieve resultaten opleveren, treden soms schadelijke bij- en wisselwerkingen op.

Een minder riskante mogelijkheid om de potentie langdurig te verbeteren, is het bestuderen en eventueel aanpassen van het voedingspatroon. Verschillende (micro)voedingsstoffen spelen namelijk een belangrijke rol in de lichaamsprocessen die van invloed zijn op de potentie. Bijzonder belangrijk in dit verband zijn arginine en ornithine. Weliswaar komen deze aminozuren in verschillende voedingsmiddelen voor, maar vaak worden ze in onvoldoende mate opgenomen. Dit komt vooral doordat er niet altijd sprake is van een uitgebalanceerd voedingspatroon. Daarnaast passen ze wegens bepaalde allergieën en intoleranties niet in elk dieet. Wie deze voedingsstoffen niet voldoende via de voeding binnenkrijgt, zou kunnen overwegen ze middels een supplement in te nemen.

Arginine

Zeer geschikt bij het bestrijden van erectiele disfunctie zijn bepaalde aminozuren. Een belangrijke rol is hierin weggelegd voor L-arginine, dat als precursor van stikstofmonoxide zorgt voor een verwijding van de bloedvaten, wat een gunstig effect op de potentie heeft. Voor de ontdekking van deze samenhang werden de drie Amerikaanse wetenschappers Furchgott, Murad en Ignarro in 1998 met de Nobelprijs voor Geneeskunde beloond.

Ook andere wetenschappelijke onderzoeken bevestigen de positieve werking van arginine op de erectiele functie van de penis. Eigenlijk ook niet echt verwonderlijk, aangezien de werkzame PDE-5-remmers – zoals Viagra en Levitra – gericht zijn op het vertragen en voorkomen van de afbraak van stikstofmonoxide (dat uit arginine ontstaat). In tegenstelling tot de PDE-5-remmers heeft arginine geen negatieve bijwerkingen of wisselwerkingen met andere middelen. De werking van arginine op de potentie en erectie is niet direct waar te nemen, maar heeft enige tijd nodig om zich te ontvouwen. Is het effect eenmaal merkbaar, zorgt het ook op lange termijn voor goede resultaten. Hierdoor kunnen we concluderen dat het een goed en mild alternatief is voor de eerder genoemde potentieverhogende middelen.

In principe maakt het menselijk lichaam zelf arginine aan. De geproduceerde hoeveelheid blijkt vaak echter onvoldoende, zodat suppletie zinvol is. Aminozuren bevinden zich onder andere in pijnboompitten, pinda’s, walnoten en pompoenpitten. Verder is er een breed spectrum aan voedingssupplementen en preparaten met aminozuren verkrijgbaar. Specialisten beschouwen het aminozuur arginine als een belangrijke stof die ook bij de spieropbouw van groot belang is, wat de vruchtbaarheid ten goede komt.

Ornithine

Het op één-na-belangrijkste aminozuur voor de potentie is ornithine. In tegenstelling tot arginine is het geen potentieverhogend middel in directe zin, maar heeft het een meer intermediaire functie. De eiwitcomponent zorgt er namelijk voor dat het lichaam de arginine langer kan benutten. Bovendien maakt ornithine de vorming van arginine mogelijk en verbetert het de doorbloeding en uitstoot van groeihormonen, waardoor het ook onder sporters (bodybuilders) een geliefde voedingsstof is.

De combinatie van deze aminozuren verbetert de regeneratiecapaciteit van het lichaam en leidt tot een significant verhoogde vitaliteit.